Albert Eschenmoser
|
Albert Eschenmoser
|
|
Algemene informatie
|
Land
|
Zwitserland
|
Geboortedatum
|
5 augustus 1925
|
Geboorteplaats
|
Erstfeld
|
Overlijdensdatum
|
14 juli 2023
|
Werk
|
Beroep
|
scheikundige, academisch docent
|
Werkveld
|
organische chemie, totaalsynthese, cobalamine
|
Werkgever(s)
|
ETH Zürich
|
Promovendi
|
Andreas Pfaltz, Jakob Schreiber
|
Studie
|
School/universiteit
|
ETH Zürich
|
Promotor
|
Lavoslav Ružička
|
Persoonlijk
|
Talen
|
Duits
|
Diversen
|
Lid van
|
Royal Society, Deutsche Akademie der Wissenschaften Leopoldina, National Academy of Sciences, Pauselijke Academie voor de Wetenschappen, American Academy of Arts and Sciences, Göttinger Academie van Wetenschappen, Academia Europaea
|
Prijzen en onderscheidingen
|
Orde van Verdienste voor Kunst en Wetenschap, Marcel Benoist Prize (1972), Wolfprijs voor scheikunde (1986),[1] Benjamin Franklin Medal (2008), Cothenius-medaille (1991), Arthur C. Cope Award (1984), Dannie Heineman Prize (1977), Inhoffen-Medaille (1995), August Wilhelm von Hofmann Medal (1976),[2] Oparin Medal (2002), Grand Prize of the French Academy of Science (2001), Centenary Prize (1969), Davy-medaille (1978),[3] Nakanishi Prize (1998),[4] Welch Award in Chemistry (1974),[5] Oostenrijkse Decoratie voor Wetenschap en Kunst (1993), F. A. Cotton Medal (2004),[6] Ernest Guenther Award (1966),[7] Foreign Member of the Royal Society (26 juni 1986),[8] Roger Adams Award in Organic Chemistry (2003),[9] Paracelsus Prize (1999),[10] Tetrahedronprijs (1981),[11] Robert Robinson Award (1976),[12] Sir Derek Barton Gold medal (2004),[13] honorary doctor of Louis Pasteur University (17 juli 1991)[14]
|
Nominaties
|
Nobelprijs voor de Scheikunde (1965)[15]
|
|
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata. U kunt die informatie bewerken.
|
Albert Eschenmoser (Erstfeld, 5 augustus 1925 – 14 juli 2023) was een Zwitsers chemicus, die hoogleraar was aan de ETH Zürich.
Eschenmoser studeerde en promoveerde aan de ETH in Zürich en verkreeg aldaar zijn bul (1949) en doctoraat (1951). In 1956 werd hij benoemd tot docent, in 1960 tot hoogleraar en 1965 tot hoogleraar voor algemene organische chemie. Sinds 1992 was Eschenmoser emeritus hoogleraar.
Tijdens zijn promotie bij Ružička werkte hij aan de synthese van terpenen en aan de synthese van lanosterol via squaleen. Dit laatste droeg in hoge mate bij tot meer inzicht in de biosynthese van steroiden. Samen met Robert Burns Woodward slaagde Eschenmoser erin een totaalsynthese te ontwikkelen voor vitamine B12, wat een mijlpaal betekende in de totaalsynthese van natuurproducten.
De Eschenmoser-fragmentering, het Eschenmoserzout en de Eschenmoser-omlegging zijn naar hem vernoemd.
Eschenmoser overleed op 97-jarige leeftijd.[16]
Referenties
- A. Eschenmoser, L. Ružička, O. Jeger, D. Arigoni, Zur Kenntnis der Triterpene. 190. Mitteilung. Eine stereochemische Interpretation der biogenetischen Isoprenregel bei den Triterpenen, Helvetica Chimica Acta, 1955, 38, 1890-1904.
Bronnen, noten en/of referenties