Vanwege de coronapandemie was het prijzengeld voor de klassementen van zowel de heren als de dames elite verlaagd met 17.000 euro ten opzichte van afgelopen seizoen. Het betreffende klassementsgeld werd pas uitbetaald als er minstens zes van de acht voorziene wedstrijden werden georganiseerd. Indien er door overmacht minder dan zes wedstrijden zouden worden georganiseerd, verviel het klassementsgeld en zou de organisatie extra prijzengeld per wedstrijd betalen (2.500 euro voor de winnaar, tot 150 euro voor de nummer acht).
Voor beloften en junioren was er dit seizoen geen apart klassement voorzien.[1]
Puntenverdeling
Punten werden toegekend aan alle crossers die in aanmerking kwamen voor Superprestige-punten. Voor de categorieën mannen elite, vrouwen elite en jongens junioren ontving de top vijftien punten aan de hand van de volgende tabel:
Puntenverdeling mannen elite/vrouwen elite
Positie
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
Punten
15
14
13
12
11
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
In ieder klassement van de Superprestige werd aan de hand van de gewonnen punten in de acht wedstrijden een eindklassement opgemaakt. De veldrijder met het hoogste aantal punten in zijn klassement werd als winnaar van de Superprestige uitgeroepen.[a]
↑De deelnemers hadden niet de verplichting om aan alle wedstrijden van de Superprestige deel te nemen. Indien bij het opmaken van het eindklassement meerdere renners met eenzelfde aantal punten zouden eindigen, werd voorrang gegeven aan de renner die in de meeste wedstrijden van de Superprestige van start gegaan is. Indien aansluitend nog renners op gelijk puntenniveau stonden, werd het voordeel gegeven aan de renner met de meeste overwinningen in de crossen van de Superprestige. Indien deze factor niet kon meespelen, zou de renner met de beste uitslag in de laatste wedstrijd (Middelkerke 06/02/2021) het voordeel genieten.[2]